Gepubliceerd op: 12 december 2008
Afscheid van een antieke klok
Een Amsterdams staand horloge. De klok die in 1750 werd vervaardigd. De klok die deels verwoest werd in 1953 door de watersnoodramp. De klok die nu, na bijna twee jaar gerestaureerd is voor ruim twintigduizend euro en een waarde heeft van tachtigduizend euro. Daar staat hij dan mooi te zijn bij uurwerkmaker Frank van Nuus aan de Zuid-Willemsvaart.
De eigenares erfde het antieke uurwerk van haar tante. Ze had geen idee hoeveel waarde het had. Maar na wat advies besloot ze de klok te laten restaureren. Frank van Nuus neemt me in de wereld van de antieke uurwerken. Een man met passie voor zijn werk.
Vol overgave vertelt hij hoe ‘apetrots’ hij is op het gerestaureerde uurwerk. “Het is een unieke klok. Het is prachtig dat wij zoiets mogen restaureren.” Elk detail wordt besproken. Van Nuus schuift een trapje naar me toe. Ik ben te klein om de klok goed te bekijken en het is natuurlijk zonde om het prachtige mini-kunstwerk te missen. Het is een indrukwekkend antiek bouwwerk. Op de wijzerplaat staan Griekse Goden, zoals Zeus, Hera, Rhea en Orpheus tot in de kleinste details geschilderd. De wijzerplaat is deels in verguld goud en geeft niet alleen de tijd, maar ook de datum, de dag en de maanstand aan. Bovenop de klok staat de God Atlas met op zijn schouders het heelal, naast hem engelen.
“Het is nogal een klus om deze klok te restaureren. Je kunt bijvoorbeeld de houtsoorten ervoor niet zomaar kopen. In dit geval was het hout van oeroude bomen. Maar die mogen niet zomaar gekapt worden en ze zijn ook niet meer overal te vinden. Het kost dus veel tijd”, verteld van Nuus. Maar de eigenares was aangenaam verrast. Ze is dan ook niet van plan het Amsterdams staand horloge ooit te verkopen. En van Nuus? Zijn taak zit er op. Een beetje pijnlijk is het wel. “Ja, je hebt natuurlijk een prachtig stuk werk afgeleverd. We genieten er echt ontzettend van. Ik zou het dan ook niet erg vinden als hij er nog een jaar zou staan”, zegt de trotse uurwerkmaker.
Brabants Dagblad 11 december 2008 – Erwtenman